Functie: Afdelingsleider
Opleiding: Master Educational Leadership
MEL-student Willemijn Stolk is afgestudeerd
In 2021 ging onze vernieuwde Master Educational Leadership (MEL) in première. De eerste lichting MEL-studenten heeft in april 2024 de eindstreep bereikt of is nu volop bezig met de laatste loodjes. Deze keer spraken we Willemijn voor de laatste keer: hoe heeft ze de opleiding ervaren en wat heeft deze haar gebracht? Is zij nu Master of Arts?
Dit interview is het slotstuk van een 6-delige reeks waarin wij Willemijn volgden tijdens haar opleiding vanaf de start van haar MEL in 2021 tot aan haar afstuderen in 2024.
Hoe heb jij de laatste maanden van de master beleefd?
“Vanaf september heb ik nog meer gas gegeven dan daarvoor, om mijn master tot een goed einde te brengen. Je komt ook in een fase waarin je het gewoon klaar wilt hebben. Iedereen die een opleiding heeft gedaan, herkent dat wel: op een gegeven moment is je leercurve verzadigd, en wil je er gewoon verder mee in de praktijk. Zónder steeds in je achterhoofd te houden dat je er nog een verslag van moet maken, het in je scriptie moet verwerken, etc.
Daarnaast kende het laatste deel van de opleiding ook wat hobbels. Niet alleen van mijn zijde, maar ook van de zijde van de opleiding. Zo had er voor bepaalde onderdelen meer aandacht mogen zijn in de begeleiding. Het bleek bijvoorbeeld dat ik mijn diagnose (analyse van mijn complexe vraagstuk) te globaal had gehouden. Die feedback had ik nooit eerder gekregen. Maar ik miste daardoor belangrijke details voor mijn scriptie, die ik niet meer kon uitwerken in de laatste fase, simpelweg omdat ik er geen weet van had. Het werd me pas duidelijk toen ik de feedback in mijn beoordeling las. Ook andere studenten kampten met soortgelijke kwesties.
Hoewel dat lastig was, besef ik dat dit soort dingen erbij horen wanneer je tot de eerste lichting MEL-studenten behoort. Voor NSO-CNA was het ook pionieren, en dat vergt moed. Ze stonden dan ook zeker open voor onze kritische noten. Collega’s van mij zijn nu met de MEL bezig, en zij geven aan dat de opleiding al aangepast is. Voor hen zal alles dan ook zeker soepeler gaan.”
Heb je de master uiteindelijk gehaald?
“Ja! Ondanks de lastige laatste fase, zijn mijn zelfevaluatie en scriptie als voldoende beoordeeld. Dat is een heel fijn gevoel, en een opluchting. Tegelijkertijd vult de tijd die ik nu over heb zich weer heel snel. De MEL was immers altijd al vervlochten met mijn werk. Het is niet iets waar je een streep onder zet, afvinkt en vervolgens verdwijnt. Dat is ook de bedoeling. Ik zie het diploma als een mijlpaal, geen eindstation.”
Hoe werkt de master door in je dagelijkse werk?
“Continu stel ik mezelf kritische vragen: doe ik nog wel het juiste? En kan ik dat verantwoorden? Zo verplicht ik mezelf om te vertragen. Om te onderzoeken of ik de juiste signalen te pakken heb, de juiste diagnose stel. Of dat ik nog verder moet graven en uitdiepen voordat we iets in gang zetten. Ontzettend belangrijke vaardigheden in mijn functie.
Daarbij is niet alleen mijn eigen bril belangrijk. Ik check die dingen ook in mijn omgeving: doen we het zoals we het voorgenomen hadden? En past het nog steeds in dit moment van onze ontwikkeling?
Dat kán ik nu ook. Voorheen was ik erg van het vooruitplannen, van het in rechte lijnen organiseren. Nu ben ik veel meer senang met het idee dat we niet verder vooruit kunnen plannen dan de volgende stap. Om vervolgens te kijken wat er daarná nodig is om een bepaalde verandering verder in beweging te brengen.”
Wat merken je collega’s aan jou, na je master?
“Een teamlid zei laatst: ‘Twee jaar geleden trok je alles naar je toe en hielp je voortdurend aan alles mee. Je zei wat we gingen doen, en vroeg wie er meedeed. Nu vraag je aan ons wat er leeft in het team, en wat wij willen dat er gebeurt. En daar sluit je op aan.’
Dat was heel treffend gezegd. Voorheen was ik ook wel iemand van de dialoog, maar was ik toch vooral bezig met wat ik wil dat er uit zou kunnen of moeten komen. Mijn vertrekpunt was wat er miste en wat er nog moest komen.
Nu heb ik veel meer oog voor de kwaliteiten die er al zijn in het team. Vanuit dat positieve perspectief kijk ik vervolgens naar welke ontwikkelingen nodig zijn. Zonder uitkomsten te voorspellen en af te willen vinken. Dat kan ook niet meer; daarvoor is de wereld te complex geworden.
Wat echt belangrijk is: dat we het sámen doen. Zodat iedereen achter de aanpak staat. En iedereen zich daarbij gezien en gehoord voelt, en inbreng heeft.”
Waar lag voor jou de grootste verrijking?
“Het meeste heb ik genoten van het onderdeel persoonlijk leiderschap: reflecteren op wat ik doe en bezig zijn met mijn eigen ontwikkelvragen als leider. Me bewuster worden van wie ik ben, waar ik voor sta en wat mijn drijfveren zijn – en daar woorden aan geven.
Als iemand me nu vraagt wie ik ben, kan ik dat zó oplepelen. Zo weet ik nu bijvoorbeeld dat ik iemand ben die vanuit oprechte nieuwsgierigheid naar anderen de basis leg.
Achteraf realiseer ik mij des te meer dat mijn ontwikkeling in persoonlijk leiderschap het pad was langs de inhoudelijke ontwikkelingen tijdens de master. Oftewel: door die ontwikkeling kon ik de juiste stappen zetten in mijn vraagstuk.”
Hoe kijk je terug op 2,5 jaar MEL?
“Terugkijkend denk ik: hoe heb ik al dat werk voor de master kunnen doen, náást al het andere in mijn leven? Want het was druk op mijn werk, ik studeerde ernaast, en natuurlijk had ik ook nog mijn privéleven. Ik heb echt ervaren hoe belangrijk het is dat je hele omgeving je master steunt, en je daarvoor de ruimte geeft.
Ik kijk dan ook met trots en tevredenheid terug: het is me gelukt, in de tijd die ervoor staat. En de master heeft me een enorme verdieping gebracht in hoe ik mijn werk doe.
Als ik nu opnieuw zou moeten kiezen of ik aan de MEL begin, zou ik het zo weer doen. En ja, óók bij NSO-CNA, want inhoudelijk is de opleiding gewoon enorm sterk. Organisatorisch mogen er nog wat kreukels gladgestreken worden, maar daar zijn ze continu mee bezig. Ik kan de opleiding dan ook alleen maar aanbevelen aan de volgende lichtingen.”
De MEL-reis van Willemijn:
- Interview 1 : Na 3 maanden in de eerste fase (november 2021)
- Interview 2: Na 7 maanden in de eerste fase (maart 2022)
- Interview 3: Bij de start van fase 2 (september 2022)
- Interview 4: Na het eerste semester van fase 2 (januari 2023)
- Interview 5: Start van de vijfde fase (september 2023): “Mijn leiderschapsstijl en analytisch vermogen zijn enorm verdiept”
- Interview 6: “Ik kijk dan ook met trots en tevredenheid terug: het is me gelukt. De master heeft me een enorme verdieping gebracht in hoe ik mijn werk doe.”