De toegevoegde waarde van de Leider – Schuijt/Bongers
Met enige regelmaat treffen we in de media berichten over slecht management in de publieke sector. De suggestie wordt gewekt dat managers verantwoordelijk zijn voor het uithollen van het inhoudelijke werk van professionals. Managers zouden zich teveel bemoeien met het werk van professionals en hen belasten met onzinnige administratieve zaken. Professionals menen dat ze niet meer kunnen doen waarvoor ze zijn opgeleid. Ze ervaren de overvloed van regels en procedures als een aanslag op hun professionele autonomie. De toon van het debat maakt het voor leidinggevenden niet eenvoudig om enthousiast sturing te blijven geven aan hun organisatie. Vooral managers die dicht bij het uitvoerende werk staan, voelen de druk om hun toegevoegde waarde te ‘bewijzen’.
In dit essay willen we een constructief geluid laten horen, aangezien in het debat over de rol van managers in onze optiek een oneigenlijke tegenstelling gecreëerd wordt. Daardoor dreigt polarisatie. Wij zijn ervan overtuigd dat ruimte voor professionals uitstekend samen kan gaan met goed leiderschap in organisaties. In onze jarenlange ervaring met leidinggevenden in het onderwijs, de zorg, maatschappelijke organisaties en bij de overheid, hebben wij dikwijls leidinggevenden ontmoet die door hun professionals op handen werden gedragen.
Auteurs: Lenette Schuijt en Angélique Bongers