Persoonlijk Leiderschap
start 25 september 2019

Tegen de onverschilligheid: over het belang van dynamiek

Bart Schipmölder, 18 juli 2018

Laatst luisterde ik naar een gesprek met Freek de Jonge op radio 1. Freek keek terug naar ‘Bloed aan de paal’. De actie die hij, nu 40 jaar geleden, samen met Bram Vermeulen ontketende tegen deelname van het Nederlands Elftal aan het WK in Argentinië. Freek en Bram namen stelling voor een boycot van dit WK vanwege de dictatuur en mensenrechtensituatie in Argentinië destijds. Freek, zelf groot voetballiefhebber, werd op een nacht strijdbaar wakker en zette de actie, bij wijze van  ‘experiment’, in gang. De actie groeide uit tot een groot succes met discussieavonden, theatershows, ruime media-aandacht, petities en internationale steun. Er kwam een echte beweging op gang, een groter wordende olievlek. ‘Niemand kon meer zeggen dat hij/zij niet wist wat er allemaal mis was in Argentinië’.
Lees verder ›

Deel dit bericht

Langzaam afvallen gaat sneller dan snel afvallen

Bart Schipmölder, 12 juli 2018

Els Markink, opleider Basis- en Vakbekwaam, schreef een zelfrelativerende blog waarin ze een mooie parallel maakt tussen een persoonlijke veranderopgave en de praktijk van leiderschap en persoonlijke ontwikkeling. 

De afgelopen achttien jaar heb ik met de nodige zendingsdrang aanstormende en ervaren leiders in het onderwijs relativerende boodschappen meegegeven. Net als langzaam afvallen gaat ook langzaam veranderen sneller dan snel veranderen. In juli 2016 ben ik begonnen aan mijn eigen afvalproces, want de laatste zes jaar kwam ik mede door de overgang per jaar één kilo aan.

Begin met het einddoel voor ogen

Lees verder ›

Deel dit bericht

De baas mogen zijn

Floor Bos, 29 juni 2018

Vorig schooljaar werd ik direct na de zomervakantie in het diepe gegooid. In september kwam ik op mijn werk en werd mij gevraagd per direct de waarnemend directeur te vervangen. Dat was nogal een onverwachte vraag, want vlak vóór de vakantie was ik gepasseerd voor taakuren als opleider in de school. Om eerlijk te zijn was ik mijn wonden nog aan het likken.

Onder het mom: vraag niet hoe het kan, maar geniet eraan, heb ik ‘ja’ gezegd, en ben snel mijn ego op gaan poetsen. Dat was niet eenvoudig, want leidinggeven vraagt toch om een zeker zelfvertrouwen en elan en daar was ik wel het een en ander van kwijtgeraakt.
Lees verder ›

Deel dit bericht

Ken jij het verhaal van de krekel en de mier?

Cock Raaijmakers, 14 juni 2018

 

Uitgeven of sparen?

Het antwoord op deze vraag maakt je niet zelden pijnlijk bewust van een generatiekloof. Oudere jongeren vanaf pakweg 40 jaar kennen het verhaal niet meer. In de fabel staat de mier voor plannen, denken aan de toekomst, het spreekwoordelijke appeltje voor de dorst. De krekel vertegenwoordigt het gevoel van ‘pluk de dag’, leven in het nu, geen zorgen voor morgen. De fabel rekent in de moraal meedogenloos af met het levensgeluk van de krekel. Aldus valt het te beschouwen als een groot compliment aan de spaarzaamheid die past of paste bij de Nederlandse volksaard. Lees verder ›

Deel dit bericht

Naar krachtige schoolleiders. Maar bij wie ligt de bal?

Bart Schipmölder, 17 mei 2018

Het advies ‘Een krachtige rol voor schoolleiders’ van de Onderwijsraad  is een hartverwarmend pleidooi om het schoolleidersvak meer gewicht te geven. En tegelijkertijd een uitnodiging áán schoolleiders en bestuurders om dit zelf te creëren.

Het advies juich ik in grote lijnen toe. Ik vind het belangrijk dat schoolleiders vanuit hun strategische visie inhoud geven aan hun handelen. Maar hoe nu verder? Lees verder ›

Deel dit bericht

Een krachtige rol voor schoolleiders, en bij wie ligt de bal nu?

Bart Schipmölder, 6 mei 2018

Het advies van de Onderwijsraad, uitgebracht aan de Minister van Onderwijs, draagt de titel ‘Een krachtige rol voor schoolleiders’. Het rapport is een pleidooi voor de belangrijke rol van schoolleiders en een uitnodiging aan deze schoolleiders om een meer strategische rol van betekenis te gaan spelen. Om het vak meer gewicht te geven en bij te dragen aan een geslaagde beroepsvorming stelt de raad voor om te komen tot een sectoroverstijgend beroepsbeeld en een integraal systeem voor leiderschapsontwikkeling. Wij, NSO-CNA Leiderschapsacademie, juichen het advies in grote lijnen toe. De conclusie dat er een integraal systeem moet komen met meer geaccrediteerde opleidingen delen wij niet. In de markt zijn er al veel professionele aanbieders en geaccrediteerde opleidingen. In plaats van investeren in nog meer concurrentie, zou ik willen investeren in het faciliteren van de bundeling van onderzoek, onderwijs en scholing.

Hoe nu verder? Bij wie ligt de bal? Bij een eerste snelle blik dacht ik dat in het advies de bal vooral ligt bij de persoon van de schoolleider. Deze kan zich meer ontwikkelen tot een krachtige strategisch onderwijskundig leider. Bij nadere bestudering werd mij duidelijk dat het de raad niet alleen gaat om de persoon, maar ook om de rol. En terecht stelt de raad dat ontwikkeling van de (rol van de) schoolleider en van de organisatie hand in hand gaan. Het advies richt zich dus ook tot de bestuurder met de opdracht de schoolleiders meer te betrekken en meer ruimte te geven bij strategievorming. Daarmee ligt er dus een opdracht voor bestuurder én schoolleider: elkaar meer uit te dagen en te bevragen op de strategische ontwikkeling en kwaliteit van het onderwijs (het primaire proces), en de organisatie.

Een rol krijg je niet zomaar. Die moet je innemen en de ruimte, die er daarvoor is, oprekken door aan vertrouwen te winnen. Vertrouwen win je door op de juiste momenten er blijk van te geven dat je de rol ook echt inneemt en professioneel kan dragen. Blijf je wachten tot je de ruimte krijgt, dan ga je deze niet krijgen! Schoolleiders, er ligt een bal bij jullie: het is aan jullie om deze rol in te gaan nemen!

Het is begrijpelijk dat de bestuurder de ruimte pas wil geven als de schoolleider deze ook echt lijkt te nemen. Maar zonder ruimte krijgt de schoolleider geen kans. Het innemen door de schoolleider van deze ‘nieuwe’ rol is, als hij/zij deze ruimte niet krijgt, een afbreukrisico. Het kan leiden tot cynisme en frustratie. Er ligt dus ook bij de bestuurders een bal: nodig je schoolleiders uit in hun rol te gaan ‘glanzen’, geef ze ruimte en bevraag hen regelmatig op hun ambities en strategische keuzes.

Waar het advies minder duidelijk over is, is wat die strategische rol precies omvat en waar de grenzen liggen van die rol. Regelmatig wordt in het advies de suggestie gewekt dat de schoolleider meer mee zou moeten kijken vanuit het perspectief van de bestuurder. Daar ligt mijn inziens een risico van rolverwarring. De schoolleider heeft een duidelijk afgebakende ruimte nodig en deze verdient in mijn ogen meer aandacht, zowel de ruimte als de afbakening: géén eenzijdige (hang-yourself) managementcontracten, maar een duidelijk mandaat (dat is tweezijdig, inclusief beschikbare middelen). Helderheid over de rollen en over het niveau van sturing is een noodzakelijke voorwaarde voor een gezonde strategische werkrelatie. Een relatie, waarbij verantwoordelijkheid altijd samen hoort te gaan met het afleggen van verantwoording. Twee kanten op!

De resulterende ruimte voor strategisch denken door de schoolleider zou deze meer uit moeten dagen om na te denken over de opdracht op de lange termijn en wat hij/zij tot stand wil brengen: wat wil ik creëren en hoe ga ik dat organiseren? En dat is overigens geen geïsoleerde afweging, maar een proces waarin de eigen school en het team meegenomen moet worden. Door te komen tot een heldere ambitieuze richting en centrale waarden, kan de schoolleider de eigen acties hierop steeds weer enten en is hij minder reactief. Laat hij zich minder verleiden door de waan van de dag.

We zien in de praktijk veel verschil in de kwaliteit van de werkrelatie schoolleider – bestuurder. En dan met name als het gaat om hun primaire verantwoordelijkheden: onderwijs, organisatie en personeel – strategisch onderwijskundig leiderschap. Een goed en professioneel samenspel tussen bestuurder en schoolleider is cruciaal voor passende ambitie en ontwikkeling. Zicht op elkaars rol en het kunnen inleven daarin idem. Belangrijke vragen die meer gesteld mogen worden in deze werkrelatie zijn vragen als: Wat is jouw visie op leren? Waarop is deze gebaseerd? Hoe heb je dat vormgegeven in je school? En hoe meet je of het werkt, wat er daadwerkelijk in de klas gebeurt? Hoe werk je aan het leren binnen je team? En hoe monitor je de kwaliteit? Om de schoolleider goed en uitdagend te bevragen en de antwoorden op deze vragen goed te kunnen beoordelen is ook bij de bestuurder het strategisch onderwijskundig inzicht van belang. Ook op dit punt zien wij in de praktijk veel verschil.

Het advies van de Onderwijsraad om toe te werken naar één beroepsbeeld onderstrepen we. Echter onderkennen we ook dat er tussen, en ook binnen de verschillende sectoren verschillen bestaan. Deze verschillen zouden wat ons betreft expliciet plaats moeten krijgen in dat ene beroepsbeeld. Dat komt het gesprek over deze verschillen ten goede. In onze opleidingen slagen onze opleiders er in om te differentiëren en hebben we tevreden studenten uit alle sectoren. Maar voor ons als opleider is de huidige benadering per sector met de verschillende registratie-eisen onduidelijk en kostbaar. Tevens herkennen wij niet dat er meer geaccrediteerde opleidingen nodig zijn. Er is een groot en gelukkig divers aanbod van opleidingen op alle niveaus van onderwijskundig leiderschap. Wij zouden liever met de huidige aanbieders van de opleidingen de krachten bundelen. Daardoor kan gericht en met overtuiging geïnvesteerd worden in de verdere professionalisering van de schoolleider en in nieuw onderzoek naar die krachtige rol. Deze bal ligt bij ons, de aanbieders van opleidingen voor leidinggevenden in het onderwijs. Er bestaan al verschillende samenwerkingsverbanden en deze opdracht kan deze verbanden meer richting geven.

Als het gaat om de financiering van de opleidingen ervaren wij dat veel belangstellenden afhaken omdat de financiële middelen ontbreken. Als de school niet ondersteunt en mensen zelf voor opleiding moeten betalen is er geen beurs voor schoolleiders, zoals die er wel voor leraren is. Om de stap naar een opleiding te stimuleren zou financiële ondersteuning wenselijk zijn. Wij denken dat de bal hiervoor ligt bij de verschillende onderwijssectoren en het Ministerie van Onderwijs.

Tot slot: waar ligt de bal voor de totstandkoming van dit sectoroverstijgend beroepsbeeld en het integrale systeem van leiderschapsontwikkeling? Bij de sectorraden, het ministerie of de opleiders van schoolleiders? Wie pakt deze bal op? Wij bieden onze deskundigheid bij deze aan en ontwikkelen graag mee! We hebben al een voorzet gedaan voor een beroepsprofiel gebaseerd op internationale standaarden (klik hier) en zijn momenteel bezig deze verder te concretiseren naar ons onderwijs.

 

Bart Schipmölder

Directeur NSO-CNA Leiderschapsacademie

 

NSO-CNA Leiderschapsacademie verzorgt samen al bijna 55 jaar opleidingen en programma’s op maat voor schoolleiders en schoolontwikkeling. Wij willen op deze wijze bijdragen aan de ontwikkeling van onderwijskundig leiderschap in Nederland, en daarmee aan de kwaliteit van onderwijs.

 

Deel dit bericht

Advies onderwijsraad: Een krachtige rol voor schoolleiders

Bart Schipmölder, 27 april 2018

Een krachtige rol voor schoolleidersEind april presenteerde de onderwijsraad een adviesrapport over de rol van schoolleiders:

Schoolleiders zijn van groot belang voor de onderwijskwaliteit. Over de jaren heen is het vak van schoolleider veranderd. De nadruk is steeds meer komen te liggen op het ontwikkelen en verbeteren van het onderwijs en het bieden van een goede werk- en leeromgeving aan leraren. Ook is de samenwerking met partijen buiten de school belangrijker geworden. De dagelijkse praktijk vraagt van schoolleiders meer aandacht voor leiderschap en minder voor managementtaken. Schoolleiders moeten daarbij in staat zijn tot strategisch denken en handelen.

Voor een deel van de schoolleiders geldt dat er ruimte is voor verbetering van het vermogen tot strategisch denken en handelen. Onderwijsorganisaties bieden schoolleiders nog onvoldoende gelegenheid om zich hierin verder te ontwikkelen. Ook kan de betrokkenheid van schoolleiders bij beleids- en besluitvorming op bestuursniveau vergroot worden. Voor een strategische rol zijn verdere professionalisering en een betere positionering van schoolleiders noodzakelijk. Schoolleiders, besturen en overheid kunnen dit gezamenlijk mogelijk maken. In dit advies doet de raad aanbevelingen om daarin verdere stappen te zetten.

  • Aanbeveling 1: versterk schoolleiderschap vanuit een gemeenschappelijk beroepsbeeld
  • Aanbeveling 2: realiseer een integraal systeem voor leiderschapsontwikkeling
  • Aanbeveling 3: bied schoolleiders gelegenheid om strategische rol vorm te geven

Download hier het advies en lees onze reactie: Een krachtige rol voor schoolleiders, en bij wie ligt de bal nu?

Deel dit bericht

Verslag studiereis Zweden 2016

Bart Schipmölder, 6 november 2016

 

studiereis-zweden

 

Leidinggeven aan vluchtelingenonderwijs (Leadership for inclusive education)

Van zondag 6 november tot vrijdag 11 november 2016 reisde een groep van Nederlandse schoolleiders naar Zweden om daar te leren van de succesvolle aanpak van het integratievraagstuk.

Leidinggeven aan vluchtelingenonderwijs – Inhoudelijk verslag

Van de reis is door de deelnemers een inhoudelijk verslag gemaakt. Klik hier om dit verslag te downloaden.

Nieuwkomers op school

Maaike Hajer schreef een hoofdstuk voor het boek ‘Nieuwkomers op school’ over het het Zweedse onderwijssysteem en onderwijs aan nieuwkomers. Klik hier als je dat wilt lezen.

Reisverslag

Naast dit inhoudelijk zeer interessante verslag en artikel, is al tijdens de reis een reisverslag door Bas Boensma en zijn medereizigers geschreven. Bas is locatieleider op de locatie Streekweg van het Pontem College in Nijmegen. Klik hier om dit verslag te downloaden.

 

lands1alands4

lands-5img_0141

 

img_0199   img_0201

Deel dit bericht

In debat over onderwijsvernieuwing

Bart Schipmölder, 21 januari 2019

Tijdens ons Jubileumcongres op 16 januari 2019 gingen in twee rondes deskundigen met verschillende achtergrond met elkaar in debat over vragen als ‘waartoe onderwijsvernieuwing?’ en ‘wat vraagt dat aan leiderschap’.

In ronde één

  • Leezan van Wijk (directeur Schoolleidersregister VO)
  • Hartger Wassink (Adviseur, onderzoeker, schrijver, spreker)
  • Alle van Steenis (Bestuurder Montessori Scholengemeenschap Amsterdam)

In ronde twee

  • Alexander Rinnooy Kan (hoogleraar economie en bedrijfskunde aan de Universiteit van Amsterdam en lid van de eerste kamer)
  • Eva Naaijkens (schoolleider Alan Turingschool en auteur van ‘En wat als we nu weer eens gewoon gingen lesgeven?’)
  • Robert-Jan Simons (emeritus hoogleraar onderwijs- en opleidingspsychologie)

Debatleider: Kim Coppes

Hieronder de registratie van beide debatten. Voor meer materiaal rond het jubileum,  Klik hier.

Ronde 1

Ronde 2

 

Terug naar Jublieumcongres

Deel dit bericht

De lerende schoolleider
Effecten van professionalisering

Bart Schipmölder, 19 juni 2017

Meta L. Krüger & Inge Andersen (2017) – Samenvatting

Woensdag 14 juni jl. is de reviewstudie van Meta Krüger (oud-collega bij CNA) en Inge Andersen (oud-collega bij NSO-CNA) naar het effect van professionalisering van schoolleiders gepresenteerd. De belangrijkste conclusie uit hun onderzoek, ‘De lerende schoolleider’, luidt dat de professionalisering van schoolleiders ertoe doet. Hierna de resultaten van de review naar het effect professionalisering in het kort.

Effect van formeel leren op de schoolleider zelf

Het effect van formeel leren op de schoolleider is het grootste als:

  • de professionalisering plaatsvindt in een hechte leergroep;
  • het programma door de deelnemers ervaren wordt als relevant en gepersonaliseerd;
  • het programma voldoende lengte heeft om kritisch en reflectief denken te stimuleren.

Stages en intensieve, praktijkgeoriënteerde opdrachten in de school blijken veel effect te hebben op de kennis, houding en vaardigheden van de schoolleider. Het oplossen van problemen in/uit de praktijk draagt bij de ontwikkeling van “hoger orde”-denken. Mentoring en coaching hebben een positief effect op reflectie met een onderwijskundige focus. Het doen van praktijkgericht onderzoek draagt bij aan de persoonlijke ontwikkeling van de schoolleider en aan schoolverbetering. Bij ervaren schoolleiders kan professionalisering helpen om hen te revitaliseren in en motiveren voor hun functie. Hiervoor moet het programma goed aansluiten op hun rol en leervragen. Gestandaardiseerde programma’s blijken voor hen juist niet effectief.

Effect van formeel leren op de schoolorganisatie

De professionalisering van schoolleiders leidt tot versteking van positieve leiderschapspraktijken, schoolvernieuwing en verbetering van het schoolklimaat. Het effect van formeel leren op de schoolorganisatie is het grootst als:

  • er sprake is van een coherent, op onderzoek en beroepsstandaard gebaseerd curriculum.
  • er gewerkt wordt met actieve leervormen;
  • er een duidelijke verbinding ervaren wordt tussen theorie en praktijk.

Wanneer opleidingen verbonden worden met een schoolverbeteringscontext en ondersteund wordt met schoolgebonden onderzoeksprojecten, leidt dit niet alleen tot schoolontwikkeling, maar ook tot verspreiding van het leren naar anderen in de school.

Effect van informeel leren

Informele leeractiviteiten, zoals interne en externe leernetwerken, consultatie, deelname aan studiegroepen, onderzoeksactiviteiten, mentoring geven of ontvangen, blijken het onderwijskundig leiderschap te versterken en het ontwikkelingsgericht handelen van schoolleiders doen toenemen. Daarentegen hebben kortdurende leeractiviteiten, zoals seminars, cursussen, trainingen, conferenties en schoolbezoeken, weinig effect op het leren van schoolleiders.

Effectieve leerinhouden

Uit de literatuur komt naar voren dat de inhoud van professionalisering effectief is als:

  • ingegaan wordt op onderwijskundig leiderschap, organisatie- en teamontwikkeling en verandermanagement;
  • aandacht besteed wordt aan het creëren van een lerende cultuur;
  • aangesloten wordt bij de verschillende fasen in de carrière van een schoolleider

Onze reflectie

Wat wij uit de resultaten van het onderzoek halen, is dat de effectiviteit van het leren van een schoolleider voor een groot deel bepaald wordt door enerzijds de praktijk waarin de schoolleider werkzaam is en anderzijds samenhangt met de fase waarin de carrière van de schoolleider zich bevindt. Met andere woorden de effectiviteit van de professionalisering wordt bepaald door persoon en context. Door een schoolleider vanuit een nieuw perspectief naar de eigen persoon en context te laten kijken, komt de schoolleider er hopelijk achter dat je op verschillende manieren kunt kijken naar de eigen persoon en context (betekenisgeving) en tegelijkertijd ook invloed kan uitoefenen op de ontwikkeling van de eigen persoon en context. Vanuit dit perspectief is het niet gek dat het tijd voor reflectie vraagt om de eigen persoon en context in nieuw perspectief te zien. Daarom is professionalisering voor ons veel minder technisch en rechtlijnig dan de definitie die in dit onderzoek wordt gehanteerd: “professionalisering is een voortdurend proces om de competenties en vaardigheden van de schoolleider in een continu veranderende context te verbeteren en verder te ontwikkelen en daarmee het beroep te versterken” (p.16). En daarom delen we de aanbeveling voor gestandaardiseerde opleidingen, gebaseerd op de bestaande vijf-competenties beroepsstandaard, niet.

Wij herkennen veel van de uitkomsten terug in de opzet van onze opleidingen. Prettig bevestigd te krijgen dat onze opleidingen goed in elkaar zitten en aansluiten op de wensen en behoeften van de schoolleider en we dat doen wat nodig is voor leiderschapsontwikkeling.

Download de hele reviewstudie hier.

 

Deel dit bericht
Spring naar toolbar